Zoveel geeft een Belgisch gezin gemiddeld uit

De huishoudens in België gaven in 2014 gemiddeld 35.922 euro uit. Een derde van het gezinsbudget gaat naar de woning. Voeding, alcohol en tabak zijn samen goed voor 15,1 procent van de uitgaven. Dat blijkt uit de resultaten van het huishoudbudgetonderzoek dat de Algemene Directie Statistiek.

Het huishoudbudgetonderzoek wordt gebruikt bij de berekening van de consumptieprijsindexen

en voor de actualisatie van de indexkorf. Het grootste deel van de Belgische gezinsuitgaven (34,9%) blijkt naar de woning te gaan: 29,0% of 10.434 euro voor de woning zelf: huur (of geschatte huur voor eigenaars), energie-uitgaven, onderhoud en herstellingen. 5,8% of 2.091 euro gaat naar de aankoop van meubelen, huishoudtoestellen, huishoudproducten en gereedschap voor huis en tuin.

Transport en communicatie vormen eveneens een belangrijke uitgavenpost (14,9%), gevolgd door persoonlijke verzorging en diensten (10,8%), cultuur en vrije tijd (8,2%), horeca (6,5%), kleding en schoeisel (4,6%) en gezondheid (4,6%).

Het uitgavenpatroon van de huishoudens in de drie gewesten blijkt op een aantal vlakken te verschillen.
Zo geven Brusselse gezinnen verhoudingsgewijs vooral meer uit aan de woning maar minder aan energie.
Er gaat ook een groter deel van hun budget naar voeding en niet-alcoholische dranken (13,5%, precies evenveel als in het Waals Gewest, tegen 12,8% in Vlaanderen).

Vlamingen geven verhoudingsgewijs vooral meer uit aan kleding en schoenen (5,1% tegen 3,8% in Wallonië en 4,0% in Brussel), de aankoop van auto’s, cultuur en vrije tijd, cafés en restaurants en ook aan hotels en soortgelijke accommodaties. Walen geven proportioneel meer uit aan energie (6,3%, tegen 4,9% in Vlaanderen en 4,2% in Brussel).

 

Bekijk hier de verschillen tussen de gewesten per soort uitgave:

Meeste auto’s in Vlaanderen

In 2014 hadden 83 op 100 huishoudens een auto, een ongewijzigd cijfer in vergelijking met het vorige huishoudbudgetonderzoek van 2012.

Het percentage huishoudens met een personenwagen is een pak hoger in Vlaanderen (88%) en Wallonië (85%) dan in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (56%).

1 op 20 huishoudens bezit een motorfiets en 1 op 25 een bromfiets of een scooter.
Ook het bezit van die vervoersmiddelen is lager in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

De televisie is bijna alomtegenwoordig in de Belgische woonkamers: 96 op 100 huishoudens bezitten er (minstens) een.
Hetzelfde geldt voor koelkasten (99%) en wasmachines (92%). In 61 % staat een vaatwasmachine.

http://www.nieuwsblad.be/cnt/dmf20150924_01884593?_section=63051968&utm_source=nieuwsblad&utm_medium=newsletter&utm_campaign=pm&M_BT=1844789144566&adh_i=ff381b0639abcd591ace60526efa46ca&imai=bb85af94-f77b-4c92-b369-d5f8f0d692cd